Overpeinzing zonder kommas

30 oktober 2015

“Visie” is de christelijke mediagids van de Evangelische Omroep boordevol betrouwbare en praktische informatie over radio televisie het geloof en de samenleving. U krijgt “Visie” nu al drie maanden lang wekelijks op de mat voor slechts €15. Bovendien mag u een gratis cadeau kiezen zoals bijvoorbeeld het tekstbord “Hier woont Jezus” een keukendoekenset van “Het Laatste Avondmaal” of de eerste bundeling van de “Verzamelde Overpeinzingen” van dominee Chienus Schokker (Voor slechts €12,95 exclusief te koop bij Christelijke boekhandel “De Bron” Brinklaan 86 1404GN Bussum Telefoon: 035-6933419 Fax: 035-6933419 Website: http://www.debronbussum.nl). Chienus Schokker die in zijn columns in “Visie” elke week een ander lid van zijn parochie treffend en pakkend portretteert onder een andere naam dan het gemeentelid werkelijk heeft. “Maar altijd met een komische noot en altijd mild” aldus een stralend glimmende dominee Chienus Schokker. “Altijd met respect. De knipoog is nooit ver weg.” Het gemeentelid dat als eerste raad om welke parochiaan het gaat mag voor tien euro een boek of tijdschrift uitzoeken in Christelijke boekhandel “De Bron” (Brinklaan 86 1404GN Bussum Telefoon: 035-6933419 Fax: 035-6933419 Website: http://www.debronbussum.nl). “Visie” verblijdt u deze week met Schokker’s nieuwste “Overpeinzing”: “Klaas Vogel bakt ze bruin.”

KLAAS VOGEL BAKT ZE BRUIN

door Chienus Schokker

Nadat Klaas Vogel op een zonnige dag ergens in mei 20** het roos van zijn gekromde schouders geklopt had propte hij met zijn door excessief zware shag roken bruin uitge­sla­gen knokige rechterwijs­vinger de uit zijn wijd opengesperde neusgaten puilende zwart glimmende ratteharen zo ver moge­lijk terug in zijn met meeë­ters bezaaide rode drank­neus. Vervolgens pulkte hij met zijn in een te lang niet gewassen guitig geruite bont gekleurde zakdoek omwik­kel­de linkerwijsvinger de korrelige bruingele oorsmeerkoek uit zijn beide flap­oren. Daarna schopte Klaas Vogel zijn sinds lang niet gepoetste en totaal versleten schoenen uit. Hij sloeg bijna tegen de vlakte van de zoetzure walm die vanuit zijn verwaarloosde gele­derde vrienden opsteeg. De bizarre stank die zijn zojuist hierboven beschreven gok bereikte leek nog het meest op die van een pan bedorven groen­tesoep die hartje zomer op een balkonnetje drie hoog achter eenzaam en vergeten staat te gisten. Maar de lucht van een te lang in de tropenzon gerezen nageboorte van een schurftige baviaan in de overgang zou ook heel dicht in de buurt kunnen komen.  Klaas Vogel zapte zijn tweedehands televisie aan die enkel een wazig flikkerend groenachtig beeld liet zien. Hij liet zich in de sinds mensenheugenis niet gereinigde slordig bevlekte ranzige bruine ribfluwelen kussens van zijn morsige bij de vuilnis op de hoek van de straat opgedui­kelde tweezits­bank ploffen. Terwijl de muffe stof­wolk die van de uitge­droogde bank opgeste­gen was weer aan zijn afda­ling begon knoopte Klaas Vogel zijn half kapotte roestige gulp open en toverde zijn knoestige gezwol­len lid tevoorschijn.

“Hocus pocus plas” mompelde Klaas Vogel en hij grinnikte om zijn zo spitsvondige humor.

Nadat hij aandachtig zijn voorhuid enkele keren naar benedengestroopt en opgestroopt had begon hij met zijn rechtervuist zijn zwellende paarse deel te kneden. Ja daar was hij weer zijn steun en toeverlaat zijn oude vertrouwde rechtervuist ja zijn rechterhand zou je hem eigenlijk wel kunnen noemen. Met daarin die ook zo vertouwde diabolische toren van Pisa. Hij verbaasde zich er wel eens over dat er geen eelt op de binnenkant van zijn verweerde rechterhand zat. Want alle mensen hij rukte toch wel heel erg veel. Nadat hij zijn “steiffelto­ren” (nog zo’n “grap” van de heer Vogel) stijf gekneed had begon hij zichzelf af te sjorren.  Achter zijn opgezwollen oogleden fantaseerde hij over schaars geklede onmatig geverfde vrouwen met zware weelderige bor­sten strak glanzende kuiten en volle stevige billen. Hij begon nu goed op gang te komen. In zijn gedachten zag hij een vrouw voorover geknield de vloer van zijn keukentje boenen. Haar kont draaide heen en weer op het ritme van de “Arbeidsvita­minen” op de radio. Haar lange blonde haren deinden van links naar rechts en weer terug naar links van haar hoofd als de wilde manen van een leeuw die hongerig en ziedend zijn prooi verscheurt. Zonder moraal. Groot verlangen. Terwijl Klaas Vogel in een stug ritme doorpompte begon hij hees te prevelen.

“Boenen zoenen boenen zoenen met je grote meloenen zoenen boenen…”

Wat hij verder voor weerzinwekkende taal uitsloeg wil ik u bespa­ren. Hij kwebbelde maar onzedelijk door zijn pafferige hoofd werd allengs roder daarna paars en violet terwijl hij  als een idioot zijn wanstaltige geval op en neer bleef hanne­sen. Het leek wel of zijn ongewassen lul in zijn zieke brein de hals van de vrouw belichaamde die hij nooit bezeten had of krijgen zou en op beestachtige wijze trachtte te wurgen. Terwijl Klaas Vogel zo doorsjort wil ik u iets over deze meneer vertellen. De heer Vogel had namelijk een probleem eigenlijk meer een afwijking. Hij liet als hij eindelijk klaarkwam altijd gierend jankende natte winden. En als hij weer eens diarree had en zijn goddeloze zaad zinloos over een onbetekenend stukje van Gods prachtige schepping liet vloeien kwam vaak de hele bruine reutemeteut van achteren naar buiten zetten. Een hoogst onsmakelijke afwijking niet waar? Enfin Klaas Vogel was nu bijna klaargekomen. Hij bralde en raaskal­de maar door terwijl zijn bitter ruikende aarsgat maar van “pprr pprr” ging. Weet u wat hij nu weer zei?

“Ja ja oh oh dweilen geile bijlen geile dweilen!’ En maar onbeschaamd suizende winden laten de hele tijd alsof het de normaalste zaak van de wereld was.

Klaas Vogel kwam klaar. Zijn melkwitte zaad spoot tegen het lief glimla­chende sproetige smoeltje van een jonge omroep­ster die op de televisie net wilde gaan vertel­len dat Sesamstraat vanwege de opeens toch rechtstreeks uit te zenden voetbal­wed­strijd tussen Feye­noord en Ajax kwam te verval­len.  Maar wat KlaasVogel aan de voorkant de wereld in gebracht had  stond in geen vergelijk met zijn boodschap aan Moeder Aarde die hij er van achter uit had geperst. Hij voelde de vochtige smurrie plakken en kleven in zijn bevende kleffe bilnaad. Hij liet mompelend zijn besmeurde broek zakken en staarde ontgoocheld naar de geriatrische bolus die zich prominent in het centrum van zijn uitgewoonde onder­broek bevond.

“Dat is allemaal jouw schuld!” schreeuwde Klaas Vogel met streng opgeheven trillende rechterwijsvinger het zich van geen kwaad bewuste omroepstertje beschuldigend toe­. Nu viel hem pas op dat zijn donkerbruine gekronkelde uitwerpselen in het centrum van zijn uitgewoonde onder­broek de vorm van een groot ei hadden aangenomen en hij schoot in de lach.

“Hahaha in mei leggen alle vogels een ei!” gierde Klaas Vogel het uit.

Hij rook even half walgend onder zijn zure oksels schudde onverschillig het vlokkende overtollige zaad van zijn verschrom­pelde geslacht naast zijn kussen op het laken. Toen ging hij naar bed om te slapen. Hij had zijn tanden niet gepoetst. Zich niet uitgekleed. De wekker was niet gezet. Hij had zich niet gewassen. Klaas Vogel. Is Jezus echt je beste vriend?

Was getekend: Chienus Schokker