
Je doet Serge Gainsbourg (1928-1991) tekort als je zijn naam slechts verbindt met de wereldwijde monsterhit ‘Je t’aime… mois non plus’ uit 1969. In veel landen werd het nummer verboden of gecensureerd, zo ook in Gainsbourg’s eigen Frankrijk, waar de meest expliciete versie verboden werd. Als een nummer internationaal voor zo veel ophef zorgt is de kans groot dat het nummer in veel landen de nummer 1 positie behaalt. In Nederland was ‘Je t’aime… mois non plus’ de best verkochte single van 1969, al bleef het in de hitlijsten drie weken lang steken op nummer 2 en werd de eerste positie niet gehaald. Soit. In het Verenigd Koninkrijk en veel andere landen stond het nummer wel weken op nummer 1.
Omdat het liedje, dat 4.22 minuten telt, de opname lijkt te zijn van een vrijpartij tussen Serge Gainsbourg en zijn toenmalige vrouw de Britse actrice Jane Birkin (1946) kleurden de oortjes van het jonge singletjes kopende publiek vuurrood als het lied uit de speaker van hun radiootje klonk. In die zin was ‘Je t’aime… mois non plus’ een goede graadmeter voor de reikwijdte van de seksuele revolutie die in de jaren zestig van de grond gekomen was.
Vergeet vooral niet dat de teksten van Gainsbourg al sinds zijn debuut in 1958 als sardonisch en provocerend werden beschouwd. In de eerste jaren van de carrière van Gainsbourg vormden die classificaties een reden om niet geaccepteerd te worden door het grote publiek, in de woelige jaren zestig kwam dat anders te liggen. Een groot kunstenaar laat het grote publiek zich aan hem aanpassen en niet andersom.
Overigens was het nummer ‘Je t’aime… mois non plus’ al in 1967 opgenomen met niemand anders dan de toenmalige minnares van Gainsbourg, de beroemde Franse filmster Brigitte Bardot (1934) op “zang”. Zij zong het nummer echter een octaaf lager in dan Jane Birkin twee jaar later. Bardot’s toenmalige man Gunter Sachs verbood uitgave van die versie. Bardot trouwde vier keer en had talloze minnaars. Pas in 1986 stemde Bardot in met het uitbrengen van “haar” versie. Het werd een hit.
Oké, luister eerst maar eens naar ‘Je t’aime… mois non plus’ in de versie van Serge Gainsbourg en Jane Birkin uit 1969 op Spotify of YouTube.
Onschuldig toch? Teder. Lief. Ontwapenend. Maar schokkend? Nee. Lees de tekst:
Je t’aime, je t’aime, oh, oui je t’aime
Moi non plus
Oh, mon amour
Comme la vague
Irrésolue
Je vais, je vais et je viens
Entre tes reins
Je vais et je viens
Entre tes reins
Et je me retiens
Je t’aime, je t’aime, oh, oui je t’aime
Moi non plus
Oh mon amour
Tu es la vague
Moi l’île nue
Tu vas, tu vas et tu viens
Entre mes reins
Tu vas et tu viens
Entre mes reins
Et je te rejoins
Je t’aime, je t’aime, oh, oui je t’aime
Moi non plus
Oh mon amour
Comme la vague
Irrésolue
Je vais, je vais et je viens
Entre tes reins
Je vais et je viens
Entre tes reins
Et je me retiens
Tu vas, tu vas et tu viens
Entre mes reins
Tu vas et tu viens
Entre mes reins
Et je te rejoins
Je t’aime, je t’aime, oh, oui je t’aime
Moi non plus
Oh mon amour
L’amour physique
Est sans issue
Je vais, je vais et je viens
Entre tes reins
Je vais et je viens
Je me retiens
Non, maintenant viens
Als je geen Frans kunt lezen of begrijpen volgt hier de Nederlandstalige versie:
Ik hou van je
oh, ja ik hou van je
ik ook van jou
oh, mijn geliefde
als de besluiteloze golfslag
ga ik, ga ik en kom ik
tussen je lendenen
en ik
trek me terug
ik hou van je, ik hou van je
oh, ja ik hou van je
ik ook van jou
oh mijn geliefde
jij bent de golfslag, ik het naakte eiland
je gaat en je komt
tussen mijn lendenen
je gaat en je komt
tussen mijn lendenen
en ik
keer weer naar jou
ik hou van, je ik hou van je
ik ook van jou
oh, mijn geliefde
als de besluiteloze golfslag
ik ga ik ga en ik kom
tussen je lendenen
en ik
trek me terug
je gaat en je komt
tussen mijn lendenen
je gaat en je komt
tussen mijn lendenen
en ik
keer weer naar jou
ik hou van je ik hou van je
oh, ja ik hou van je
ik ook van jou
oh mijn geliefde
Het minnespel kent geen uitweg
ik ga en ik kom
tussen je lendenen
ik ga en ik kom
en ik trek mij terug
nee !
kom nu !
Ik weet dat niet iedereen de soms als te plastisch te ervaren verwoorde liefdesbewegingen in ‘Je t’aime… mois non plus’ aankan. Ik heb het hier over het preutse deel van de mensheid, onze broeders en zusters die een leven lang vol angst en argwaan met seksualiteit omgaan en iedere ochtend onder de douche verbijsterd constateren dat ze in het bezit zijn van een geslachtsdeel dat ze het liefst zo min mogelijk willen gebruiken waar het voor bedoeld is en zo veel mogelijk willen wassen. Smetvrees pur sang.
‘Je t’aime… mois non plus’ is een indrukwekkend en ontroerend lied. Vanzelfsprekend is het geen doorsnee liefdesliedje, het is gewaagder en intiemer. Vintage Gainsbourg in het opzoeken van de grenzen van wat kunst en goede smaak is. ‘C’est tout’ (‘Dat is alles’, in het Nederlands).
Voordat Gainsbourg zijn geluk in de muziek zocht heeft Gainsbourg jarenlang geleefd als kunstschilder met een missie. Daarna beproefde hij zijn geluk als acteur en later ook als regisseur. Hij componeerde de soundtrack voor bijna veertig films. Hij schreef talloze liedjes in opdracht, die vaak een hit werden, en daarnaast had hij ook nog zijn eigen muziek, waarin hij zich vanaf dag 1 uitleefde. Vanaf zijn debuutalbum in 1958 trok Gainsbourg de aandacht, aanvankelijk slechts in kleine kring. Gainsbourg bleef trouw aan zijn eigenzinnige teksten en muzikale arrangementen en vertrouwde erop dat het succes ooit zou komen. Hij kreeg gelijk.
In 1965 schreef hij voor France Gall, ‘Poupée de cire, poupée de son’, waarmee zij voor Luxemburg in dat jaar het Eurovisie Songfestival won en Gainsbourg internationaal naam maakte. De volgende hit die Gainsbourg voor haar schreef was het onschuldig klinkende ‘Les sucettes’, dat een overduidelijke metafoor voor orale seks was. France Galle had daar echter geen weet van, ze dacht dat het liedje over lollies ging. Haar naïeve schaamteloosheid zorgde ervoor dat haar loopbaan voor jaren in het slop kwam te zitten. Voor Gainsbourg gold precies het tegenovergestelde. Hebben we hier te maken met onvervalst seksisme? Jij mag het zeggen.
Aan het begin van 4 vwo werd ik na het lezen van de roman ‘L’etranger’ van Albert Camus van de ene op de andere dag francofiel. Ik verslond de boeken van Sartre, Genet, Vian, Cocteau, Duras en De Beauvoir. Ik las talloze boeken over de geschiedenis van Frankrijk, biografieën van de grote staatsman Napoleon tot de componist Claude Debussy en van beeldhouwer Auguste Rodin tot de filmster Alain Delon. In Amsterdam bezocht ik retrospectieve filmvoorstellingen van Louis Malle tot François Truffaut en van Jacques Tati tot Roger Vadim. Ik luisterde naar de muziek van Boris Vian, Jacques Brel (ja, snob, ik weet dat Jacques Brel een Franstalige Vlaming was, zijn grootste successen scoorde hij echter in Frankrijk,waar men hem zag als een Franse zanger) en uiteraard Serge Gainsbourg.
De meeste van mijn Franse helden die ik hierboven heb genoemd waren in 1984 al overleden, het jaar waarin ik voor het eerst naar Parijs ging. Mijn twee jaar jongere vriendin, die dankzij mijn toenmalige enthousiasmerende en dominante karakter ook francofiel was geworden, ging in mijn kielzog mee, op zoek naar de graven, woningen, musea en parken van onze helden, die we zo goed kenden van boeken, films en muziek.
Het vwo had ik in de lente van 1984 overigens zonder enig probleem afgerond. Van de bijna 200 vwo-leerlingen op mijn school die Frans in hun examenpakket hadden was ik de enige met een 10 voor Frans op mijn eindlijst.
Een van de weinige helden waarvan we wisten dat hij nog leefde was Serge Gainsbourg. Zijn woning bevond zich in het zevende arrondissement van Parijs, in de Rue de Verneuil nummer 5 bis, net aan de linkerkant van de Seine, in de Carré Rive Gauche, Op een flinke steenworp afstand van het huis van Gainsbourg, aan de overkant van de Seine, huist het Louvre, thuisbasis van de Mona Lisa en de Venus van Milo. Dat Gainsbourg een hoekhuis in de Rue de Verneuil bewoonde was onder de fans van hem al jaren een fait accompli (een voldongen feit) en het feit dat hij je binnenliet als je bij hem aanbelde elektrificeerde al zijn fans. Dat een idool zo toegankelijk was, etc., etc.
De missie was duidelijk. Op dag 1 wilden mijn lief en ik op bezoek bij Serge Gainsbourg. Misschien was hij thuis, misschien niet. We zeiden tegen elkaar dat we ongeveer vijftig procent kans hadden om hem thuis aan te treffen als we om 1 uur ’s middags bij hem zouden aanbellen. Als Gainsbourg niet op reis was (wat hij vaak was, de helft van het jaar zo ongeveer) was hij thuis en bleef hij thuis. Zeker sinds hij in de jaren zeventig een studio aan huis had en alle sessiemuzikanten in Parijs, en ver daar voorbij, bij zich thuis kon laten komen om hun ding te doen, wat zij graag deden, aangezien met een genie in zijn eigen huis te maken te hebben. Een vaak alcoholisch genie, dat wel.
Het plan was: aanbellen bij nummer 5 bis in de Rue de Verneuil en dan maar hopen dat Gainsbourg open zou doen en ons binnen zou laten. Er was geen plan B. We zouden om Gainsbourg gunstig te stemmen een bos tulpen en een fles dure cognac meenemen. Nadat het ijs gebroken zou zijn wilde mijn vriendin zich graag ter consumptie aan Serge Gainsbourg aanbieden. Mijn vriendin en ik hadden van te voren afgesproken dat we, zodra mijn vriendin naakt voor Gainsbourg zou staan, er geen grotere eer voor ons tweeën zou zijn als Gainsbourg mijn vriendin zou neuken, als hij dat zou willen. Een beetje likken of pijpen was ook goed. Het maakte niet uit, het zou gaan om de plotselinge intimiteit. Ik zou de ‘happening’ van alle kanten fotograferen en het resultaat van die fotosessie voor eeuwig achter slot en grendel houden, alleen toegankelijk voor mij en mijn vriendin.
Een condoom mocht niet worden gebruikt. Het was de bedoeling dat Gainsbourg in mijn vriendin zou klaarkomen, waarna we binnen ongeveer een kwartier het pand aan de Rue de Verneuil 5 bis zouden verlaten. We zouden geen empathie voelen voor de eenzame Gainsbourg, die net nog geneukt had met een Lolita en nu weer zo tragisch alleen was. Snel met de metro naar ons hotel bij de Place de la Republique. Aldaar aangekomen zou ik mijn vriendin snel ook neuken en in haar klaarkomen, waarna we vervolgens foto’s zouden maken, van mijn penis met daarop ook het zaad van Gainsbourg, en foto’s van de vagina van mijn vriendin, van waaruit de zaadcellen van Gainsbourg en mij samen naar buiten zouden komen zwellen, in een kolkende symbiose van idolatrie en beroemd zijn, samen en alleen, liefde en afstand, dood en leven, aandacht en tijd die wegtikt.
‘Samen en alleen met Serge Gainsbourg in de zomer van 1984’ stond op 2 januari 2021 als eerste op hoemannendenken.nl, de enige site vóór vrouwen, dóór mannen.
Dit bericht werd binnen een dag van Facebook verwijderd. Daar was ik al bang voor geweest en het gebeurde nog ook. Bijna zestig jaar na de seksuele revolutie. Dramatische preutse censuur. Lang leve Henry Miller, Jan Wolkers en Peter Mabelus!